Portaal:Literatuur/Schrijver Uitgelicht/8
Geoffrey Chaucer (ca. 1343 - 1400) wordt beschouwd als de 'vader van de Engelse literatuur' en was de schepper van enkele van de meest geprezen dichtwerken uit de wereldliteratuur. Hij was niet alleen een uitzonderlijk begaafd auteur en dichter, maar leidde ook een druk openbaar leven als soldaat, hoveling, diplomaat en ambtenaar en vervulde een verscheidenheid aan openbare functies. Tijdens die carrière was hij de vertrouweling en protegé van drie opeenvolgende koningen, namelijk Eduard III (1312-1377), Richard II (1367-1400) en Hendrik IV (1367-1413). Toch vond Chaucer de tijd om duizenden versregels te schrijven die nu nog steeds door literatuurliefhebbers hooglijk gewaardeerd en bewonderd worden. Daarmee toonde hij aan dat het Engels uit zijn tijd (thans Middelengels genoemd) net zo goed gebruikt kon worden in de poëzie als het Frans of het Latijn, wat hem die titel van 'vader van de Engelse literatuur' bezorgde. Hoewel hij vele werken schreef, wordt hij het meest geroemd voor zijn onafgewerkte raamvertelling The Canterbury Tales.
Chaucers werk wordt gekenmerkt door een grote verscheidenheid aan onderwerpen, genres en stijlen. Hij belicht het menselijk streven naar een zinvol bestaan op veel verschillende manieren. In zijn werk combineert hij humor met ernst en relativeringsvermogen bij de behandeling van belangrijke filosofische vragen. Chaucer is een dichter van de liefde, die hij beschrijft van wellustig overspel tot spirituele eenheid met God. Hij biedt een uitgebreid zicht op de zwakheden en dwaasheden, maar ook op de edelmoedigheid van de mensheid. (lees verder)