Denemarken.
De vlag van Denemarken.
demoniem
inwoner Deen
vrouwelijke inwoner Deense
bijvoeglijk Deens
  • De·ne·mar·ken
enkelvoud bezitsvorm meervoud
naamwoord Denemarken Denemarkens -
verkleinwoord - - -

Denemarken o

  1. (toponiem: land) een Scandinavisch land in Noord-Europa
    • Hij heeft vier jaar in Denemarken gewoond en spreekt dus goed Deens. 
    • Kopenhagen is de hoofdstad van Denemarken. 
     Denemarken ook nauwelijks, in de pers hadden ze het uitgebreid gehad over de gemoedelijke verhouding tussen de Deense bevolking en de Duitse gasten. De koning en de regering van Denemarken zaten nog op hun plaats en de samenwerking leek uitstekend te functioneren binnen de Germaanse verbroedering.[1]
Landen in Europa in het Nederlands
AlbaniëAndorraArmeniëAzerbeidzjanBelgiëBosnië en HerzegovinaBulgarijeDenemarkenDuitslandEstlandFinlandFrankrijkGeorgiëGriekenlandGroenlandHongarijeIerlandIJslandItaliëKazachstanKroatiëLetlandLiechtensteinLitouwenLuxemburgNoord-MacedoniëMaltaMoldaviëMonacoMontenegroNederlandNoorwegenOekraïneOostenrijkPolenPortugalRoemeniëRuslandSan MarinoServiëSloveniëSlowakijeSpanjeTsjechiëTurkijeVaticaanstadVerenigd KoninkrijkWit-RuslandZwedenZwitserland
  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Kop in het zand” (2015), Uitgeverij Prometheus  , ISBN 9789044628142


Denemarken

  1. (toponiem: land) Denemarken; een Scandinavisch land in Noord-Europa


Denemarken

  1. (toponiem: land) Denemarken; een Scandinavisch land in Noord-Europa


Denemarken

  1. (toponiem: land) Denemarken; een Scandinavisch land in Noord-Europa


Denemarken

  1. (toponiem: land) Denemarken
    «Denemarken is e land in Scandinoavië met e grôte 5 meljoen iweuners
    Denemarken is een land in Scandinavië met een grote 5 miljoen inwoners.


Denemarken

  1. (toponiem: land) Denemarken
    «Denemarken, Noorwegen, Zweden en Finland zien de Scandinavische lan'n in Noord-Europa.»
    Denemarken, Noorwegen, Zweden en Finland zijn de Scandinavische landen in Noord-Europa.