Naar inhoud springen

voorvallen

Uit WikiWoordenboek
  • voor·val·len
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
voorvallen
viel voor
voorgevallen
klasse 7 volledig

voorvallen

  1. ergatief bij verrassing of ongeluk gebeuren
    • Wat er toen voorviel heeft nog lang de gemoederen bezig gehouden. 

de voorvallenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord voorval
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]