strandlaken
Uiterlijk
- Geluid: strandlaken (hulp, bestand)
- IPA: / ˈstrɑntlakə(n) / (3 lettergrepen)
- strand·la·ken
- samenstelling van strand zn en laken zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | strandlaken | strandlakens |
verkleinwoord |
het strandlaken o
- grote badhanddoek die groot genoeg is om languit op te liggen
- ▸ Ze klauteren het dijkje op en zoeken een paar platte keien waar ze hun badlakens over uitspreiden.[1]
- ▸ Een tandenborstel, bikini en een strandlaken. Dingen die bijna iedereen op zijn vakantiechecklist heeft staan. Daar kan tegenwoordig ook een fotograaf aan toegevoegd worden, want in de VS blijken jonge gezinnen hun Facebookfoto's zo belangrijk te vinden dat ze iemand inhuren om die voor ze te maken.[2]
- Het woord strandlaken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Carla de Jong“Geheim leven” (2019), Ambo Anthos, ISBN 9789026346132
- ↑ Weblink bron “Ik ga op vakantie en neem mee: een Facebookfotograaf” (23-07-2012), NOS