peetmoeder
Uiterlijk
- Geluid: peetmoeder (hulp, bestand)
- IPA: /ˈpetmudər/
- peet·moe·der
- samenstelling van peet en moeder
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | peetmoeder | peetmoeders |
verkleinwoord | peetmoedertje | peetmoedertjes |
de peetmoeder v
- vrouw die bij de doop wordt aangewezen als tweede moeder, om op het kind te letten in de opvoeding en pleegmoeder te worden mocht dat nodig zijn
- Niet iedereen heeft een peetmoeder.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord peetmoeder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.