ganzenlever
Uiterlijk
- Geluid: ganzenlever (hulp, bestand)
- IPA: / ˈɣɑnzə(n)ˌlevər / (4 lettergrepen)
- gan·zen·le·ver
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ganzenlever | ganzenlevers |
verkleinwoord | ganzenlevertje | ganzenlevertjes |
- (zoötomie), (voeding) orgaan dat een grote rol speelt in de stofwisseling van een gans Anser anser , na het slachten vaak gegeten als delicatesse
- ▸ Onze ganzenlever is trouwens bijzonder. Die komt uit de Extremadura, Spanje, van vrije uitloopganzen die zaden, gras en eikels eten. Totaal anders dan de Franse foie gras.[1]
1. orgaan dat een grote rol speelt in de stofwisseling van een gans (Anser anser), na het slachten vaak gegeten als delicatesse
- Het woord ganzenlever staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Weblink bron Joël Broekaert“Echt eigen vegetarische gerechten bij De Kloostergang” (16 november 2017) op nrc.nl
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 11
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 4 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Invoegsel -en- in het Nederlands
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Zoötomie in het Nederlands
- Voeding in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal