etymologie
Uiterlijk
- Geluid: etymologie (hulp, bestand)
- ety·mo·lo·gie
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘woordafleidkunde’ voor het eerst aangetroffen in 1521 [1]
- (Grieks) ετυμολογία; ἔτυμος (étymos; ware betekenis van een woord) + λογία (logía; wetenschap, leer).
ετυμολογία → (7e eeuw, Isidorus van Sevilla, Latijn) Etymoligiae → (Frans) étymologie → (Nederlands) etymologie (met het achtervoegsel -logie) [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | etymologie | etymologieën |
verkleinwoord | etymologietje | etymologietjes |
de etymologie v
- (taalkunde) woordherkomst, woordafleiding; de geschiedenis van een woord
- (wetenschap) de studie naar de oorsprong en de verandering van vorm en betekenis van woorden
- ▸ „De conciërge?”
„Hij haat dat woord, al bevalt de etymologie ervan hem wel. Hij heeft mij geleerd dat het is afgeleid van ‚comte des cierges’, de graaf der kaarsen.”[3]
- ▸ „De conciërge?”
1. woordherkomst
|
|
2. studie naar oorsprong en verandering van vorm en betekenis van woorden
|
|
- Het woord etymologie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "etymologie" herkend door:
81 % | van de Nederlanders; |
86 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "etymologie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ etymologiebank.nl
- ↑ “Grand Hotel Europa” (2018), De Arbeiderspers , ISBN 978-90-295-2622-7, p. 12
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 10
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Achtervoegsel -logie in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Taalkunde in het Nederlands
- Wetenschap in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 81 %
- Prevalentie Vlaanderen 86 %