Naar inhoud springen

beenbederf

Uit WikiWoordenboek
  • been·be·derf
enkelvoud meervoud
naamwoord beenbederf -
verkleinwoord - -

het beenbederfo

  1. (medisch) (historisch) aanduiding voor aantasting van het botweefsel door verschillende ziekten
     Bij de afschilfering is daarentegen het uitwendig beenvlies aangedaan, en bij het beenbederf de zelfstandigheid van het been zelf.[2]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 6 april 2023 Weblink bron Verhandeling over de Necrosis, gevolgd van eenige Waarnemingen, door F.J. ter Borgh in: Vaderlandsche Letteroefeningen op Wikipedia, jrg. 61 deel 1 (1821), G.S. Leeneman van der Kroe en J.W. IJntema, Amsterdam, 692/693