Naar inhoud springen

afladen

Uit WikiWoordenboek
  • af·la·den
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
afladen
laadde af
afgeladen
zwak -d

gemengd

volledig

afladen

  1. overgankelijk vrachtgoed van een scheepsdek of open wagen lossen
    • De chauffeur heeft de vrachtwagen al bijna afgeladen. 
92 % van de Nederlanders;
92 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be