Naar inhoud springen

Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Voor het Surinaamse ministerie, zie Ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
OCW
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
De Hoftoren, waar o.a. het ministerie van OCW gehuisvest is.
De Hoftoren, waar o.a. het ministerie van OCW gehuisvest is.
Functiehouders
Minister Eppo Bruins
Staatssecretaris Mariëlle Paul
Secretaris-generaal Loes Mulder
Geschiedenis
Opgericht 9 september 1918 als ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen
22 augustus 1994 als ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen
Algemeen
Land Vlag van Nederland Nederland
Adres Rijnstraat 50 (Hoftoren), Den Haag
Officiële website
Portaal  Portaalicoon   Nederland
Politiek
Het ministerie

Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap is een Nederlands ministerie. Zoals de naam van het ministerie al aangeeft, heeft het drie grote beleidsterreinen: onderwijs, wetenschap (inclusief het hoger onderwijs) en cultuurbeleid (inclusief media). Daarnaast is het ministerie sinds 2012 verantwoordelijk voor het emancipatiebeleid.

Achtereenvolgende namen

[bewerken | brontekst bewerken]

Doelstelling in eigen woorden

[bewerken | brontekst bewerken]

Volgens het ministerie wil OCW 'dat iedereen goed onderwijs volgt en zich voorbereidt op zelfstandigheid en verantwoordelijkheid'. Daarnaast moeten 'leraren hun werk kunnen doen'. Wat betreft cultuur wil het ministerie dat 'iedereen cultuur kan beleven' met als toevoeging dat ook 'kunstenaars hun werk kunnen doen'. Wat betreft wetenschap zegt het ministerie slechts te willen dat ook 'wetenschappers hun werk kunnen doen'. In de woorden van het ministerie is het samenvattend doel 'werken aan een slim, vaardig en creatief Nederland".[2]

Cultuurbeleid

[bewerken | brontekst bewerken]

Tijdens het kabinet-Balkenende IV lag de nadruk op het stimuleren van 'excellentie'. In de kabinetsperiode 2003-2006 richtte Medy van der Laan zich op 'cultuur en economie', beleid dat zij samen met ambtsgenoot Laurens Jan Brinkhorst (D66) van Economische Zaken initieerde. In de kabinetsperiode 1998-2002 richtte Rick van der Ploeg (PvdA) zich op culturele diversiteit, in de kabinetsperiode 1994-1998 lag het accent onder Aad Nuis (D66) op 'cultuur en school', en in de periode 1989-1994 markeerde Hedy d'Ancona (PvdA) haar cultuurbeleid door het Deltaplan voor Cultuurbehoud.

zie Cultuurbeleid voor meer over dit onderwerp

Voor professionele ondersteuning in de culturele sector en als kennis- en informatiecentra waren er de sectorinstituten (voorheen genreinstituten), zoals het Theater Instituut Nederland en het Muziek Centrum Nederland, die beide eind 2012 zijn opgeheven.

Cultuurfondsen

[bewerken | brontekst bewerken]

Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft een aantal fondsen opgericht die projectsubsidies uitkeren. Een fonds is een administratief orgaan; als bestuursorganen zijn fondsen instrumenten waarmee de overheid op afstand uitvoering geeft aan beleidsonderdelen. In Nederland zijn er zes cultuurfondsen (met bedragen voor rijkssubsidie anno 2010): Fonds Podiumkunsten (61 miljoen euro), Nederlands Filmfonds (35 miljoen), Mondriaan Fonds (27 miljoen), Fonds voor Cultuurparticipatie (18 miljoen), Nederlands Letterenfonds (10 miljoen), en Stimuleringsfonds Creatieve Industrie (2 miljoen).

Cultuurbudget

[bewerken | brontekst bewerken]

In 2010 besteedt het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap zo'n 900 miljoen euro aan cultuur, i.e. 0,8% van de rijksbegroting en 0,4% van de collectieve uitgaven. Circa 550 miljoen euro gaat ervan naar grote musea en orkesten, kunstinstellingen van structureel belang (basisinfrastructuur) en cultuurfondsen.[3]

Het ministerie is verantwoordelijk voor het gehele onderwijs: het primair, het voortgezet en het hoger onderwijs inclusief het beroepsonderwijs en volwasseneneducatie, en inclusief het agrarisch onderwijs of 'groen onderwijs', dat eerder viel onder het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie en de voorgangers daarvan. Ook studiefinanciering is beleidsterrein.

Het ministerie is verantwoordelijk voor het Nederlandse onderzoek en het wetenschapsbeleid, exclusief het op innovatie gerichte onderzoek dat onder het ministerie van Economische Zaken valt.

Het ministerie heeft drie directoraten-generaal met onderliggende directies:

Tevens is er een aantal uitvoerende diensten en raden, zoals:

  • De voorganger van dit ministerie, het ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen (OKW), is in 1918 ingesteld.
  • Tijdens de bezetting in de Tweede Wereldoorlog werd de naam van het departement door de bezetter gewijzigd in Departement van Opvoeding, Weten­schap en Kultuurbescherming (OWK), en was er vanaf november 1940 ook een Departement van Volksvoorlichting en Kunsten.
  • 'Kunsten' ging in 1965 over naar CRM maar werd in 1994 weer als 'Cultuur' toegevoegd.
  • In 1984 verhuisde het ministerie naar een nieuw pand in Zoetermeer.
  • Sinds 1 oktober 2003 is de naam van het ministerie 'Onderwijs, Cultuur en Wetenschap' (dit was 'Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen').
  • Het ministerie is sinds 2003 gevestigd in de Hoftoren in Den Haag. Uitvoeringsinstantie Centrale Financiën Instellingen (CFI) bleef in Zoetermeer gevestigd.
  • 1 januari 2010 werden de Informatiseringsbank (IB-Groep) en Centrale Financiën Instellingen samengevoegd tot Dienst Uitvoering Onderwijs.
  • Sinds het aantreden van het kabinet-Rutte III per 26 oktober 2017 viel ook het agrarisch onderwijs onder het ministerie.
Onderdeel van Binnenlandse Zaken tot 1877
 
 
 
 
Waterstaat, Handel en Nijverheid 1877–1906
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Landbouw, Nijverheid en Handel 1906–23
 
Arbeid 1918–23Waterstaat
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen
1918–65
Binnenlandse Zaken
en Landbouw
1923–35
Arbeid, Handel en Nijverheid 1923–32
Economische Zaken en Arbeid 1932–33
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Maatschappelijk Werk 1952–65Sociale Zaken 1933–51econ. zaken
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Onderwijs en Wetenschappen 1965–94Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk 1965–82Sociale Zaken en Volksgezondheid 1951–71VRO
1965–82
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Volksgezondheid en Milieuhygiëne 1971–82Sociale Zaken 1971–81
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur 1982–94
 
 
VROM
1982–2010
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap(pen) 1994–Volksgezondheid, Welzijn en Sport 1994–Sociale Zaken en Werkgelegenheid 1981–


[bewerken | brontekst bewerken]
  • Knippenberg, H. en W. van der Ham, Een bron van aanhoudende zorg. 75 jaar ministerie van Onderwijs Kunsten en Wetenschappen 1918-1993 (Assen 1993).
  • Kuyvenhoven, Fransje, De Staat koopt kunst. De geschiedenis van de collectie 20ste-eeuwst kunst van het ministerie van OCW 1932-1992, Amsterdam/Leiden 2007