Kaasjeskruiddikkopje
Kaasjeskruiddikkopje | |||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | |||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||||||
Carcharodus alceae (Esper, 1780) Originele combinatie Papilio alceae | |||||||||||||||||||
Synoniemen | |||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | |||||||||||||||||||
Kaasjeskruiddikkopje op Wikispecies | |||||||||||||||||||
|
Het kaasjeskruiddikkopje (Carcharodus alceae) is een dagvlinder uit de familie van de Hesperiidae, de dikkopjes. De wetenschappelijke naam van de soort is voor het eerst gepubliceerd in 1780 door Eugen Johann Christoph Esper.
Verspreiding
[bewerken | brontekst bewerken]De soort komt voor in alle landen van Midden- en Zuid-Europa (niet op de Britse eilanden, Scandinavië en de Baltische landen). In Azië komt de soort onder andere voor in Turkije, Armenië, Israël, Jordanië, Irak, Iran, Jemen, Kazachstan, westelijk Siberië, Noord-Pakistan, Afghanistan, Noord-India en China. In tegenstelling tot wat in enkele bronnen is vermeld, komt het kaasjeskruiddikkopje niet in Noord-Afrika voor, maar wel de "zustersoort" Carcharodus tripolina.
Waarnemingen in Nederland en België
[bewerken | brontekst bewerken]In Vlaanderen kwam ze aanvankelijk alleen als dwaalgast voor, maar sinds 2009 plant de soort zich er ook voort, meer bepaald in Vlaams-Brabant.[1] In Wallonië heeft de soort zich ook gevestigd, maar is er kwetsbaar. In Nederland was de soort voor het laatst in 1953 gezien. Op 1 mei 2009 werd de soort wederom waargenomen in Nederland, namelijk in de buurt van Maastricht.[2][3] In de loop van het jaar werden er nog enkele exemplaren, en ook rupsen en eitjes waargenomen.[4] De vlinder heeft zich vanaf 2009 verder over de Sint-Pietersberg verspreid in noordelijke richting. Momenteel (2011) is hij daar op diverse nieuwe locaties aanwezig. Een andere populatie bevindt zich langs de Maas in Eysden. De populaties zijn nog klein. Twee of drie exemplaren op een plek. Op 15 augustus 2018 zijn voor het eerst ook in Zeeuws-Vlaanderen eitjes en rupsen van de soort gevonden.[5]
Leefgebied
[bewerken | brontekst bewerken]De vlinder heeft als leefgebied open en bloemrijke plaatsen, vaak met hoge grassen en open struweel, maar het kaasjeskruiddikkopje is ook goed aangepast aan warme, droge en rotsachtige terreinen, zolang de waardplant er aanwezig is.
Waardplanten
[bewerken | brontekst bewerken]De rups leeft op diverse soorten van de kaasjeskruidfamilie (Malvaceae). In het Midden-Oosten wordt ook een soort van de wolfsmelkfamilie Euphorbiaceae gebruikt (Chrozophora tinctoria).
- Malva sylvestris
- Malva moschata
- Malva alcea
- Malva neglecta
- Alcea rosea
- Alcea setosa
- Althaea officinalis
- Lavatera thuringiaca
- Abutilon theophrasti
- Malvella sherardiana
- Chrozophora tinctoria
Levenscyclus
[bewerken | brontekst bewerken]De vlinder vliegt in twee, drie of meer generaties van april tot en met oktober. De eitjes worden op de bovenkant van de bladeren van de waardplant afgezet. De rupsen worden tot ongeveer 23 millimeter lang. Ze zijn donkergrijs en bedekt met kleine witte punten. Het kaasjeskruiddikkopje overwintert als volwassen rups aan de voet van de waardplant. Direct na de overwintering vindt in het voorjaar de verpopping plaats.
-
Jonge rups
-
Rups
-
De rups verbergt zich tussen samengesponnen bladeren
Ondersoorten
[bewerken | brontekst bewerken]- Carcharodus alceae alceae (Esper, 1780)
- Carcharodus alceae wissmanni Warnecke, 1934 (Jemen)
- Carcharodus alceae swinhoei Watson, 1893 (Afghanistan, Noord-India)
- = Carcharodus swinhoei Watson, 1893
- (de) Lepiforum e.V. (2008-2022). Carcharodus alceae (Esper, 1780) Bestimmungshilfe für die in Europa nachgewiesenen Schmetterlingsarten. Geraadpleegd op 2-10-2022.
- (en) Markku Savela. Carcharodus alceae (Esper, 1780). nic.funet.fi. Geraadpleegd op 2-10-2022.
- (de) Martin Albrecht (2009-2020). Carcharodus alceae (Esper, 1780). Home Page of The Carcharodus Project (Lepidoptera: Hesperiidae). Geraadpleegd op 2-10-2022.
- ↑ Het is klein, bruin en het gaat vooruit. natuurbericht.be (1 augustus 2013). Geraadpleegd op 2 augustus 2013.
- ↑ Onbekende auteur (2009). Kaasjeskruiddikkopje terug in Nederland. Verkregen op 04-05-2009 van Nu.nl via deze link.
- ↑ Kaasjeskruiddikkopje na 56 jaar terug! Verkregen op 05-05-2009 van de Vlinderstichting. Gearchiveerd op 19 oktober 2017.
- ↑ Albert Vliegenthart (2009) "Een opmerkelijk vlinderjaar" Vlinders jrg. 24, nr. 4, pp. 8-11.
- ↑ Natuurbericht Nature Today 17 september 2018. Gearchiveerd op 20 maart 2023.
- Literatuur
- Tom Tolman & Richard Lewington (1999). "De Nieuwe Vlindergids, 450 soorten dagvlinders van Europa en noordwest-Afrika". Vertaling en bewerking: Inge van Halder, De Vlinderstichting. ISBN 90-5210-325-9