Eerste Kamerverkiezingen 1926
Eerste Kamerverkiezingen 1926 | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Datum | 30 juli 1926 | ||||||
Land | Nederland | ||||||
Te verdelen zetels | 25 (25 leden waren niet-aftredend) | ||||||
Opvolging verkiezingen | |||||||
| |||||||
|
De Eerste Kamerverkiezingen 1926 waren reguliere Nederlandse verkiezingen voor de Eerste Kamer der Staten-Generaal. Zij vonden plaats op 30 juli 1926.
Bij deze verkiezingen kozen de leden van de Provinciale Staten in de kiesgroepen[1] II en IV - die op 9, 11, 12 en 13 april 1923 bij de Statenverkiezingen gekozen waren - 25 nieuwe leden van de Eerste Kamer.
De door de leden van Provinciale Staten uitgebrachte stemmen hadden niet alle dezelfde waarde; zij werden gewogen aan de hand van de bevolkingscijfers van de provincies. Bij deze verkiezingen was de volgende stemwaardetabel van toepassing:
Gr | D | O | Ge | ZH |
---|---|---|---|---|
82 | 61 | 95 | 120 | 208 |
De uitslag van de verkiezingen was als volgt:
Partij | Zetels | +/− | Zetelverdeling naar kiesgroep[1] | ||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
1923 | 1926 | I[2][3] | II[4] | III[2][5] | IV[6] | ||
Roomsch-Katholieke Staatspartij[7] | 16 | 16 | 0 | 8 | 3 | 3 | 2 |
Sociaal-Democratische Arbeiderspartij | 11 | 11 | 0 | 2 | 3 | 3 | 3 |
Christelijk-Historische Unie | 7 | 7 | 0 | 1 | 2 | 2 | 2 |
Anti-Revolutionaire Partij | 8 | 7 | −1 | 1 | 2 | 2 | 2 (−1) |
Vrijheidsbond | 5 | 6 | +1 | 1 | 2 | 1 | 2 (+1) |
Vrijzinnig-Democratische Bond | 3 | 3 | 0 | 0 | 1 | 1 | 1 |
Totaal | 50 | 50 | 0 | 13 | 13 | 12 | 12 |
Gekozenen
[bewerken | brontekst bewerken]In kiesgroep II waren alle dertien leden periodiek aftredend, van wie twaalf herkozen werden.
In kiesgroep IV waren alle twaalf leden periodiek aftredend, van wie tien herkozen werden. Eén aftredend lid had zich niet herkiesbaar gesteld.
Bronnen
- Nieuwe Rotterdamsche Courant, 30 juli 1926
- Zetelverdeling in de Eerste Kamer 1917-nu op www.nlverkiezingen.com
Noten
- ↑ a b Zie Eerste Kamerverkiezingen voor een nadere toelichting.
- ↑ a b In deze kiesgroep werden geen verkiezingen gehouden.
- ↑ Utrecht, Zeeland, Noord-Brabant, Limburg
- ↑ Groningen, Drenthe, Overijssel, Gelderland
- ↑ Friesland, Noord-Holland
- ↑ Zuid-Holland
- ↑ Nam bij de verkiezingen van 1923 deel onder de naam Algemeene Bond van RK-kiesverenigingen.