Naar inhoud springen

kjetting

Uit WikiWoordenboek
En kjetting.
Een keten.
  • kjet·ting
  • Afkomstig van het Nederlandse zelfstandige naamwoord keten
Naar frequentie 39188
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   kjetting     kjettingen     kjettinger     kjettingene  
genitief   kjettings     kjettingens     kjettingers     kjettingenes  

kjetting m

  1. (gereedschap) keten (groot)


  • kjet·ting
  • Afkomstig van het Nederlandse zelfstandige naamwoord keten
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   kjetting     kjettingen     kjettingar     kjettingane  

kjetting m

  1. (gereedschap) keten (groot)
  2. (gereedschap) gedoornde sneeuwketting