at

Niet te verwarren met: ät, åt, ат

• Geluid:  at    (hulp, bestand)
• IPA: / ɛt / (1 lettergreep) (@)
• IPA: / ɑt / (1 lettergreep) (andere betekenissen)

• at

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	at	-
verkleinwoord	-	-

het at o

1. (informatica), een apenstaartje in een e-mailadres (@).

   • Mijn e-mailadres is: johandegroot at mijndomein punt nl. 

• apenstaartje, at-teken

vervoeging van
eten

at

1. enkelvoud verleden tijd van eten
   

   • Ik at. 
     
   • Jij at. 
     
   • Hij, zij, het at. 

vervoeging van
atten

at

1. enkelvoud tegenwoordige tijd van atten
2. gebiedende wijs van atten

• Het woord at staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "at" herkend door:

83 %	van de Nederlanders;
78 %	van de Vlamingen.[1]

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: / ad /, / a /

• at

• Afkomstig van het Oudnoorse woord at

Naar frequentie	7

at

1. dat

• at in:
  Det Danske Sprog- og Litteraturselskab
  Den Dankse Ordbog op website:ordnet.dk

• IPA: ˈaːt

at

1. (drinken) water; kleurloze vloeistof

• at

at

1. aan, in, bij, op

• at once

at

1. maar, daarentegen

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: / ɑt /

• at

• Afkomstig van het Oudnoordse woord at

Naar frequentie	25

at

1. dat

• IPA: ˈaːt

atl

1. (drinken) water; kleurloze vloeistof

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: /ɑt/

• at

• Afkomstig van het Oudnoordse woord at

at

1. dat

	enkelvoud	meervoud
nominatief	at	atlar
genitief	atın	atların
datief	ata	atlara
accusatief	atı	atları
locatief	atta	atlarda
ablatief	attan	atlardan

at

1. (onevenhoevigen) paard
2. (schaak) paard

• [1]: beygir

persoon	enkelvoud	meervoud
eerste	an	nit
tweede	kat	kit
derde	at	it

at

1. hij, zij

• Geluid:  at    (hulp, bestand)

at

1. jaar

• IPA: ˈaːt

at

1. (drinken) water; kleurloze vloeistof