Naar inhoud springen

Andrianjafy

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Andrianjafy
? - 1787
Koning van Avaradrano
Periode ca. 1770 - 1787
Voorganger Andriambelomasina
Opvolger Andrianampoinimerina
Geboren Ambohitrontsy
Vader Andriambelomasina
Moeder Rasoherimananitany
Dynastie Andriamanelo-dynastie
Partner Ranavalondrajaka
Kinderen Zoons: Ralaitokana en Ratsiantahana
Dochter: Ratsimiantahanasoa
Portaal  Portaalicoon   Madagaskar

Andrianjafy, ook bekend als Andrianjafinandriamanitra en Andrianjafinjanahary, was een Merina en koning van Avaradrano in de centrale hooglanden van Madagaskar. Zijn vader Andriambelomasina had vooraf bepaald dat Andrianjafy's neef Ramboasalama hem als koning zou opvolgen. Andrianjafy was niet eens met deze bepaling en zag liever zijn eigen zoon Ralaitokana als opvolger. Door zijn wanbeleid en zijn despotisch gedrag raakte Andrianjafy in onmin bij zijn volk. Met de steun van de bevolking slaagde Ramboasalama erin om hem in het jaar 1787 van de troon te stoten en hem op te volgen als koning Andrianampoinimerina. Andrianjafy vluchtte naar Ilafy, waar hij een leger bij elkaar verzamelde om de troon te heroveren. Zijn plannen werden ontdekt en werd in 1787 in Ilafy door aanhangers van Andrianampoinimerina ter dood gebracht.

Andrianjafy was de zoon van Andriambelomasina en zijn eerste vrouw, Rasoherimananitany.[1] Andriambelomasina was de koning van Avaradrano, met Ambohimanga als hoofdstad. Avaradrano was het noordelijke gedeelte van het voormalige Koninkrijk Imerina, dat door koning Andriamasinavalona (regeringsperiode ca. 1675–1710) in vier kleinere koninkrijken was gesplitst. Bij de geboorte werd een astroloog geraadpleegd en deze maakte de volgende voorspelling: "Dit kind zal niet bezitten wat Andrianjakanavalomandimby en Andriantsimitoviaminiandriana hebben nagelaten". Op jonge leeftijd trouwde Andrianjafy met Ranavalondrajaka uit Ilafy en kreeg twee zoons, Ralaitokana en Ratsiantahana, en een dochter, Ratsimiantanasoa.

Koning Andriambelomasina wees voor zijn dood Andrianjafy aan als zijn troonopvolger. Hij liet ook bepalen dat Ramboasalama, de zoon van zijn zuster Ranavalonanandriambelomasina, de volgende troonopvolger in lijn zou worden. Hij verklaarde: "Ramboasalama zal Andrianjafy opvolgen, want vandaag geef ik het recht om te regeren aan Andrianjafy, maar morgen zal het uiteindelijk aan Ramboasalama behoren".

In 1770 stierf Andriambelomasina als gevolg van de grote hongersnood in dat jaar. Andrianjafy volgde hem op, maar volgens Malagassische overleveringen voelde hij zich bedreigd door zijn neef Ramboasalama. Deze deed het volk de mooiste beloftes over zijn regering die nog in het verschiet lag. Onderdanen die enthousiasme toonden bij deze beloftes liet Andrianjafy ter dood brengen.

Andrianjafy stond bekend om zijn despotische manier van regeren. Zo liet hij Hiaramy en Faliary aanvallen, twee dorpen die reeds tot zijn rijk behoorden. Zonder enige opgaaf van reden werden haar bewoners door het leger uitgemoord. Andrianjafy schroomde niet om geweld te gebruiken tegen vrouwen en kinderen en naar verluidt nam hij naar willekeur eigendommen van zijn volk voor eigen gebruik in beslag. Zijn impulsieve manier van regeren, waarbij hij een grote nalatigheid tentoonspreidde bij het bestraffen van misdadigers, zorgde voor een toename van criminaliteit en een groeiende impopulariteit bij het volk.

Toen zijn vader Ramboasalama aanwees als zijn tweede troonopvolger ging Andrianjafy akkoord, aangezien hij zelf geen kinderen had. Toen zijn vrouw Ranavalondrazaka hem zijn zoon Ralaitokana baarde, haalde zij hem over om het decreet van Andriambelomasina te negeren en Ralaitokana als troonopvolger te kiezen. Andrianjafy verzon daarop verscheidene listen om Ramboasalama om het leven te brengen. Zo nodigde hij hem eens uit naar een nabijgelegen klif om naar de muziek te luisteren die daar werd gespeeld. Andrianjafy's broer Andriantsalamanjaka kwam achter Andrianjafy's plan om Ramboasalama van deze klif te duwen en liet hem waarschuwen. Ramboasalama liet daarop aan Andrianjafy weten dat hij ziek was en niet kon komen. Later beweerde Andrianjafy zelf ziek te zijn en vroeg naar Ramboasalama, zodat hij hem kon vermoorden zodra ze ze alleen gelaten werden. Weer waarschuwde Andriantsalamanjaka Ramboasalama voor Andrianjafy's plannen. Een ander plan van Andrianjafy was om Ramboasalama te vermoorden tijdens een excursie naar een nabijgelegen moeras, maar Ramboasalama werd ook deze keer gewaarschuwd en bleef thuis.

Andrianjafy werd steeds roekelozer in zijn moordplannen. Hij stuurde een groep huurmoordenaars naar Ramboasalamas woning in Ambohimanga. Andrianjafy was overtuigd van het toekomstig succes van de moordenaars en toonde Andriantsalamanjaka de voorwerpen die hij bij elkaar had verzameld om bijgelegd te worden in Ramboasalama's graf. Later verliet hij Ambohimanga om een besnijdenisritueel bij te wonen in Ilafy. Weer werd Ramboasalama gewaarschuwd door zijn neef. In plaats van te vluchten verzamelde Ramboasalama de twaalf meest gerespecteerde mannen van Ambohimanga en dertig soldaten. Met deze achterban liet Ramboasalama zich kronen als koning Andrianampoinimerina. Hij beloofde aan Andriantsalamanjaka een huwelijk tussen zijn zoon en troonopvolger, prins Llaidama en Andriantsalamanjaka's dochter Ramavo. Bovendien liet Andrianampoinimerina bepalen dat het eerste kind uit dit huwelijk Laidama na zijn dood zou opvolgen.

Het nieuws van Andrianampoinimerina's troonbestijging bereikte Andrianjafy, waarop hij een leger verzamelde om Ambohimanga in te nemen. De leden van de Tsimahafotsy-clan die in Ambohimanga woonden, verdedigden de stad tegen dit leger en slaagden erin om het te verdrijven. Andrianjafy wreekte zich op Andriantsalamanjaka en doodde zijn broer door hem van zijn bed te duwen, dat naar traditie ruim vier meter boven de grond was geplaatst.

Andrianjafy ondernam een tweede poging om Ambohimanga aan te vallen, deze keer met een groter leger van inwoners uit Ilafy. De legers van Ambohimanga en Ilafy waren beiden gewapend met speren en vuurwapens. Het leger van Andrianjafy leed een eerste nederlaag bij Marintampona, waarop 's nachts een tweede confrontatie plaatsvond in Amboniloha. Deze veldslag eindigde onbeslist, waarop de legers de volgende ochtend elkaar een derde maal aanvielen, ditmaal ten noorden van Anosy. Na een veldslag die twee dagen duurde behaalde koning Andrianampoinimerina's leger de overwinning. Gedesillusioneerd besloten de inwoners van Ilafy om zich aan Andrianampoinimerina te onderwerpen. Om van Andrianjafy af te komen, gaven ze hem de raad om steun te vragen aan de steden Antananarivo en Alasora. Andrianjafy volgde hun raad op en nadat hij Ilafy had verlaten, barricadeerden de inwoners de toegangspoorten en vroegen clementie aan Andrianampoinimerina. Andrianjafy reisde nietsvermoedend naar de steden Antananarivo, Ambohipeto, Alasora en Anosizato, waar elke keer zijn verzoek om hulp werd afgewezen.

In 1787 werd Andrianjafy benaderd door een aantal personen die beweerden spijt te hebben van hun besluit om Andrianampoinimerina te dienen en wensten dat Andrianjafy opnieuw de troon besteeg. Zij droegen hem in een draagstoel naar Ambohimanga, maar verhulden dit door een grote omweg te nemen die Andrianjafy desoriënteerde. Nadat ze de stad waren genaderd bonden de dragers hem en brachten hem naar Andrianampoinimerina. De koning wilde hem vrijlaten, maar de inwoners van Ambohimanga eisten wraak voor al het onrecht dat Andrianjafy tijdens zijn bewind had begaan. Andrianampoinimerina besloot daarop een wandeling te maken en de inwoners hun gang te laten gaan. Andrianjafy werd daarop naar een afgelegen plek gebracht en gedood.

Over de manier waarop Andrianjafy ter dood werd gebracht bestaan in de Malagassische overleveringen verschillende theorieën. Zo wordt er onder andere melding gemaakt van wurging en van verstikking doordat Andrianjafy ondersteboven in een vat met rijst werd geduwd. Ook over de plaats van overlijden verschillend de legendes; een noemt een vallei ten oosten van Ambohimanga die Antsahafady wordt genoemd, een andere heeft het over Ambatolava, de heilige steen van Ambohimanga. Na zijn dood werd Andrianjafy gewikkeld in een koninklijke rode lamba. Volgens één overlevering werd Andrianjafy begraven in Ambohimanatrika in Ilafy, een andere noemt Isoraka in Antananarivo als zijn graf.

Koning Andrianampoinimerina trouwde in 1796 met Ratsimiantahanasoa, Andrianjafy's dochter.

Geslachtslijn troonopvolgers

[bewerken | brontekst bewerken]
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 

Andriambelomasina
regeringsperiode: ca. 1730 - 1770
 
Rasoherimananitany
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 

Andrianjafy
regeringsperiode: ca. 1770 - 1787
 
Ranavalonanandriambelomasina
 
Andriamiaramanjaka
 
Andriantsalamanjaka
 
Rabodonandriamtompo
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Rambolamasoandro
 

Andrianampoinimerina
regeringsperiode: 1787 - 1810
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Rakataffe
 
?
 
Rasalimo
 

Radama I
regeringsperiode: 1810 - 1828
 

Ranavalona I
regeringsperiode: 1828 - 1861
 
Andriamihaja
 
Ramasindrazana
 
Andriambongo
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Rakotobe
(mogelijke troonopvolger Radama I)
 
 
 
 
 
Raketaka
(mogelijke troonopvolger Radama I)
 
 
 
 
 

Radama II
regeringsperiode: 1861 - 1863
 
 
 
 
 
Ramboasalama
(mogelijke troonopvolger Ranavalona I)
(NB.: Voor het overzicht zijn de overige partners en kinderen weggelaten.)