Centrumstad
Het begrip centrumstad wijst in het Ruimtelijk Structuurplan van de Vlaamse Overheid op steden met een relatief hoog aantal inwoners ten aanzien van hun omgeving, en die er een centrale functie op uitoefenen op het vlak van onder andere werkgelegenheid, zorg, onderwijs, cultuur en ontspanning.
In totaal kregen 13 steden deze erkenning, waarvan de grootste Antwerpen en Gent zijn.
Oorsprong centrumsteden
[bewerken | brontekst bewerken]De oorsprong van de selectie van 13 centrumsteden gaat terug op een wetenschappelijke studie in 1997 naar de hiërarchie van de stedelijke kernen in het Vlaams Gewest.[1] Men onderzocht alle stedelijke woonkernen en deelde deze in in een hiërarchische structuur naargelang hun uitrustingsniveau. Op het eerste niveau onderscheidde men twee grote steden: Antwerpen en Gent. Op een tweede niveau vond men elf regionale steden.
Verder onderscheidde men nog een derde niveau van 'kleine steden'. Deze deelde men nog verder in met 21 goed uitgeruste kleine steden (waaronder Geel, Dendermonde, Lier, Ieper en Vilvoorde), 10 behoorlijk uitgeruste kleine steden (zoals Lommel, Veurne, Maaseik, Zottegem, Wetteren en Mortsel) en 13 slecht uitgeruste kleine steden (Brasschaat, Menen, Asse en Diksmuide).[2]
Selectie door de Vlaamse overheid
[bewerken | brontekst bewerken]In het kader van haar stedenbeleid duidde de Vlaamse overheid dertien zogeheten 'centrumsteden' aan. Dit zijn de grote en regionale steden zoals in de bovenstaande studie voorkwamen: Aalst, Antwerpen, Brugge, Genk, Gent, Hasselt, Kortrijk, Leuven, Mechelen, Oostende, Roeselare, Sint-Niklaas en Turnhout. Antwerpen en Gent worden apart gecategoriseerd als "grootsteden". Het stedelijk gebied van Brussel is het grootste van België maar de centrumstad wordt gevormd door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, en valt daardoor buiten het Vlaamse grootstedenbeleid.
Soms ijveren inwoners of politici uit enkele andere steden ervoor om hun stad erkend te zien als centrumstad. Dit is vooral het geval in het West-Vlaamse Ieper[3] en het Vlaams-Brabantse Vilvoorde.[4][5][6] De studie uit 1997 waarop de Vlaamse overheid de selectie baseerde werd nadien niet meer vernieuwd. De vraag rijst echter ook of het (huidige) uitrustingsniveau van een gemeente de beste basis is voor een erkenning als centrumstad.
1.478.542 Vlamingen wonen in een van deze 13 steden. Dit is 24% van de totale autochtone bevolking en 38% van de totale inwoners van allochtone origine.[bron?]
Verschil met bevolkingsaantallen
[bewerken | brontekst bewerken]De erkenning als centrumstad is niet gebaseerd op het aantal inwoners, maar eerder op het uitrustingsniveau. Zo heeft Beveren meer inwoners dan Turnhout, maar is van deze twee toch Turnhout de centrumstad, omdat Beveren tussen de grotere centrumsteden Sint-Niklaas en Antwerpen ligt en Turnhout een centrumfunctie heeft in de Kempen. De reden dat Turnhout als gemeente 'slechts' een 40 000 inwoners telt ligt eerder bij een mislukte fusie in 1977. Op een gelijkaardige manier heeft ook Kortrijk en in mindere mate Leuven een grotere invloed op het omliggende gebied dan hun inwonersaantallen doen vermoeden.
Verschil met de stadsgewesten
[bewerken | brontekst bewerken]In België wordt een stadsgewest gedefinieerd als 'de hele ruimtelijk vergrote structuur, waarbinnen de ‘uiteengelegde’ basisactiviteiten van de stedelijke gemeenschap, namelijk wonen, werken, opvoeden, winkelen, cultuurbeleving en ontspanning, in overwegende gelokaliseerd zijn'.[7] Volgens de meeste recente cijfers telt Vlaanderen twaalf stadsgewesten: Antwerpen, Gent, Leuven, Brugge, Kortrijk, Mechelen, Hasselt, Oostende, Genk, Sint-Niklaas, Turnhout en Roeselare.[8]
Aalst is door de Vlaamse Regering erkend als centrumstad, maar uit onderzoek bleek dat deze stad geen belangrijke stedelijke invloed uitoefent op zijn omgeving. Zo "ligt Aalst in de schaduw van Brussel, zonder zichtbare suburbanisatie". Aalst en Vilvoorde maken deel uit van het Brusselse stadsgewest, maar vormen er niet de centrale stad van. Ieper, dat net als Vilvoorde erkenning als centrumstad zoekt, heeft geen stadsgewest rond zich omdat het geen belangrijke stedelijke invloed uitoefent op de omgeving.
Tabel
[bewerken | brontekst bewerken]Een overzicht van de dertien centrumsteden:
Stad | Provincie | Inwoners (IBZ statistieken en bevolking, 01/01/2022) |
---|---|---|
Aalst | Oost-Vlaanderen | 88.760 |
Antwerpen | Antwerpen | 528.903 |
Brugge | West-Vlaanderen | 118.478 |
Genk | Limburg | 66.943 |
Gent | Oost-Vlaanderen | 264.677 |
Hasselt | Limburg | 79.450 |
Kortrijk | West-Vlaanderen | 77.705 |
Leuven | Vlaams-Brabant | 102.122 |
Mechelen | Antwerpen | 86.917 |
Oostende | West-Vlaanderen | 71.489 |
Roeselare | West-Vlaanderen | 64.382 |
Sint-Niklaas | Oost-Vlaanderen | 80.133 |
Turnhout | Antwerpen | 46.280 |
Zie ook
[bewerken | brontekst bewerken]- ↑ Hiërarchie van de stedelijke kernen in Vlaanderen door Van Hecke E. m.m.v. Van der Haegen H., studie opgemaakt in opdracht van AROHM, Mei 1997
- ↑ Hoewel Wetteren, Brasschaat en Asse wettelijk gezien geen steden zijn, worden ze wel als stad beschouwd. Zie SELECTIE VAN KLEINSTEDELIJKE GEBIEDEN IN VLAANDEREN op vlaanderen.be (gearchiveerd)
- ↑ Leterme wil van Ieper centrumstad maken, 5 juli 2012, Het Nieuwsblad
- ↑ Vilvoorde moet centrumstad worden, 18 februari 2011, Het Nieuwsblad
- ↑ Vilvoorde eist erkenning als centrumstad, "anders naar de rechtbank", 19 oktober 2015, deredactie.be
- ↑ Het gevecht om de pot van 2,4 miljard, 27 juni 2017, De Standaard. Gearchiveerd op 17 mei 2022.
- ↑ Van Hecke, 2007. Gearchiveerd op 4 maart 2016.
- ↑ Vanderstraeten en Van Hecke, 2019 visiestedenbeleid.info (gearchiveerd)