Het woord literatuur heeft verschillende, dicht bij elkaar liggende betekenissen. De ruimste is dat literatuur de verzameling van alle teksten is, geschreven en in mondelinge vorm. Literatuur wordt ook in een enge betekenis gebruikt, waarbij zij tegenover lectuur is gesteld. In die zin zou literatuur de hoge, artistieke vorm en lectuur de lage, populairdere vorm van teksten aanduiden.
Gedichten en poëzie, toneel- en filmteksten, prozateksten die geheel of gedeeltelijk zijn verzonnen (fictie, bijvoorbeeld de roman) en proza dat waargebeurde verschijnselen en personen beschrijft (non-fictie, onder meer de brief, het essay en de autobiografie) kunnen literaire kenmerken bezitten. De definitie van die kenmerken is geen eenvoudige zaak. Veelal zijn meerduidigheid (poly-interpretabiliteit), originaliteit en complexiteit centrale criteria, alsook de betrokkenheid van de lezer bij het herscheppen van de tekst. Waterdichte instrumenten om te bepalen wat literatuur is, levert dat niet op.
McEwan debuteerde in 1975 met de bundel korte verhalen First Love, Last Rites. Hiermee werd hij in één klap beroemd en won hij een jaar later de literaire prijs de Somerset Maugham Award. In Nederland werd het boek uitgebracht onder de titel De laatste dag van de zomer. Daarna volgde zijn debuutroman The Cement Garden (1978) en in 1981 volgde de roman The Comfort of Strangers. Door de enigszins bizarre aard van deze verhalen kreeg hij destijds de bijnaam "Ian Macabre".
Een literatuurprijs wordt periodiek (vaak jaarlijks) uitgereikt aan een auteur voor een specifiek werk, een serie werken of zijn of haar gehele oeuvre. Enkele voorbeelden van bekende literatuurprijzen:
"Er zijn geen goede schrijvers. Soms ontstaat in ons land een goed boek, dat op het gemiddelde peil geen invloed heeft. De goede boeken zijn meestal afkomstig van zonderlingen, liefhebbers die stiekem schrijven in het holst van de nacht en niets te maken hebben met het literaire leven, met de levende literatuur als geheel."
Don Quichot is de hoofdpersoon in de door Cervantes geschreven romanDe vernuftige edelman Don Quichot van La Mancha. Deze roman bestaat uit twee delen; het eerste werd gepubliceerd in 1605, het tweede in 1615.
Het boek is een van de eerste geschreven romans in een moderne Europese taal en wordt alom beschouwd als een van de beste romans ooit. Het vertelt de komische reisavonturen van een oude edelman die denkt dat hij een dolende ridder is. Deze hoofdpersoon, Don Quichot, is het prototype van de idealist, een dwaze held die zich met zijn goede bedoelingen maar onpraktische daden min of meer belachelijk maakt.
Door het lezen van te veel ridderromans is de hidalgo Don Quichot zijn verstand kwijtgeraakt. Denkend dat hij zelf een ridder is, verlaat hij zijn huis en begint een dwaaltocht over de wegen en het platteland van Spanje, op zoek naar avonturen. Als doel heeft hij voor ogen het rechtzetten van alle soorten onrecht, om door deze goede daden beroemd te worden.
Op zijn trektocht wordt Don Quichot vergezeld door zijn buurman en dienaar Sancho Panza. Sancho is een kleine boer, analfabeet maar niet dom, en heeft eten en drinken als zijn belangrijkste interesses. Hoewel Sancho weet dat z'n meester niet helemaal goed bij z'n hoofd is, volgt hij hem, want zijn zwakheid voor de aardse geneugten maakt dat hij gelooft in de grote beloning die Don Quichot hem in het vooruitzicht stelt.
(lees verder)
Auden groeide op in Birmingham en studeerde aan Gresham's School en de Universiteit van Oxford, waar hij tweemaal redacteur was van de bloemlezingen onder de titel Oxford Poetry en zich ontwikkelde tot een van de linksgeoriënteerde dichters van die tijd. Zijn eerste bundel, Poems (1928), werd gedrukt door zijn vriend en collega-dichter Stephen Spender. Na zijn jaren in Oxford woonde hij een jaar in Berlijn, waar hij in de tijd van de Weimar Republiek meer ruimte vond voor het tonen van zijn homoseksualiteit.
Na zijn terugkeer naar Engeland gaf hij les aan twee jongensscholen. Hij vestigde zijn naam als scherp, geestig en maatschappijkritisch dichter met The Orators (1932) en groeide verder in die rol tijdens zijn werk als leraar.
Een stijlfiguur is in taal een afwijking van de "gewone" manier van zeggen. Dit wordt in de literatuur vaak bewust gedaan om een bepaald effect te bereiken. Gebeurt de afwijking onbewust, dan spreekt men ook wel van een stijlfout. Voorbeelden van bekende stijlfiguren zijn: