Antonia Brico

Nederlands-Amerikaans dirigente en pianiste (1902–1989)

Antonia Louisa Brieco[1] (Rotterdam, 26 juni 1902 - Denver, 3 augustus 1989) was een Nederlands-Amerikaanse dirigente en pianiste. Ze was een van de eerste vrouwen die als dirigente werkte en ondervond in het begin van haar carrière tegenwerking omdat men van mening was dat het beroep van dirigent alleen door mannen kon worden uitgeoefend.[2]

Antonia Brico
Antonia Brico, 1930
Antonia Brico, 1930
Volledige naam Antonia Louisa Brico
Geboren 26 juni 1902
Geboorteplaats Rotterdam
Overleden 3 augustus 1989
Land Vlag van Nederland Nederland
Beroep(en) Dirigente, pianiste
Stijl Klassieke muziek
Instrument(en) Piano
(en) IMDb-profiel
(en) Allmusic-profiel
(en) Discogs-profiel
(en) MusicBrainz-profiel
Portaal  Portaalicoon   Klassieke muziek

Leven en carrière

bewerken

Brico werd geboren als kind van Agnes Margaretha Brico (Haarlem, 29 augustus 1879 - Amsterdam, 20 maart 1909), een 22-jarige ongehuwde moeder. Ze groeide op bij pleegouders, het echtpaar Jan Wolthuis-Anna Kwak, waar ze de naam Wilhelmina Wolthuis had.[3] Jan Wolthuis emigreerde in februari 1907 naar San Francisco (Californië). Anna Kwak en Antonia volgden in maart 1909.[4] Ze kreeg al jong pianoles en toen ze in 1919 van de Oakland Technical High School afkwam, was ze al een ervaren pianiste en had ze ervaring in het dirigeren. Aan de Universiteit van Californië - Berkeley werkte Brico als assistente van Gaetano Merola, de latere grondlegger en directeur van de San Francisco Opera. Na haar afstuderen in 1923 studeerde ze piano bij verschillende leraren, met name de Poolse pianist en componist Zygmunt Stojowski.

In 1927 ging Brico naar de Staatliche Musikakademie in Berlijn. Ze studeerde in 1929 af in orkestdirectie, als eerste Amerikaan. In die periode was ze ook leerling van Karl Muck, dirigent van het Philharmonisches Staatsorchester Hamburg, bij wie ze na haar afstuderen nog drie jaar studeerde. Na haar debuut als professioneel dirigente bij de Berliner Philharmoniker in februari 1930 werkte Brico met de San Francisco Symphony Orchestra en met Mucks orkest in Hamburg. Ze kreeg lovende kritieken van critici en had succes bij het publiek. Optredens als gastdirigente bij orkesten in Detroit, Washington D.C. en andere steden volgden al snel. In 1934 werd zij benoemd tot dirigente van het nieuw opgerichte Women's Symphony Orchestra dat in januari 1939 (na de toelating van mannen) het Brico Symfonieorkest werd.

In juli 1938 was Brico de eerste vrouw die de New York Philharmonic leidde en in 1939 trad ze op met het symfonieorkest van het Federal Music Project tijdens de New York World's Fair. Tijdens een Europese tournee, waarin ze zowel als pianiste en als dirigente optrad, werd Brico door de Finse componist Jean Sibelius uitgenodigd om het Filharmonisch Orkest van Helsinki te leiden.

Brico verhuisde in 1942 naar Denver waar ze de Denver Philharmonic Orchestra oprichtte, een semi-professioneel orkest. Ze was van 1958 tot 1963 ook dirigente van het Boulder Philharmonic Orchestra. Ze gaf tevens pianoles, onder meer aan folkrockzangeres Judy Collins, die haar carrière begon als klassiek pianiste. Brico bleef optreden als gastdirigente bij orkesten over de hele wereld, maar een gastdirectie bij het Concertgebouworkest werd afgewezen, omdat dat voorstel van Eduard van Beinum "te sensationeel" werd gevonden.[5]

In 1974 verscheen de documentaire Antonia: A Portrait of the Woman van regisseur Jill Godmilow en Judy Collins, Brico's voormalige student, als producent. De film leidde ertoe dat ze werd uitgenodigd om het Mostly Mozart Festival Orchestra te dirigeren. Deze concerten werden opgenomen door Columbia Records.

Het laatste jaar van haar leven woonde ze in de Bella Vita Towers, een verpleeghuis in Denver, waar ze in 1989 na een langdurige ziekte op 87-jarige leeftijd stierf. Het History Colorado Center in Denver bezit een verzameling van haar brieven en documenten.

Postume eer

bewerken
Zie de categorie Antonia Brico van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.